Het Verhaal

Slavernij is van alle tijden. Zowel in de klassieke oudheid als in de moderne tijd komen we slavernij tegen.

De geschiedenis van de Nederlandse slavernij is een gedeelde geschiedenis. Vanaf de zeventiende eeuw werden Europa, Afrika en de Amerika’s (het Caraibische gebied) op structurele wijze met elkaar verbonden via de zogenoemde driehoekshandel.

Vanuit Nederland gingen schepen geladen met onder andere buskruit en textiel naar Afrika, waar deze producten geruild werden voor Afrikaanse mannen, vrouwen en kinderen. Deze personen werden vervolgens tot slaaf gemaakt en gedwongen om op plantages in de zogenoemde Nieuwe wereld producten te verbouwen voor de Europese markt.

Wie waren bij de Nederlandse slavernij geschiedenis betrokken?

Als wij spreken over de Nederlandse slavernij geschiedenis dan zijn daarbij betrokken Nederlanders, Afrikanen, Surinamers en Antillianen. De trans-Atlantische slavenhandel was de handel in slaven uit Afrika naar Amerika. Het is de grootste gedwongen migratie uit de geschiedenis en daarmee door de Verenigde Naties verklaard tot misdaad tegen de menselijkheid.

Wanneer werden Afrikanen voor het eerst tot slaaf gemaakt door Europeanen?

Met de handel in tot slaaf gemaakte Afrikanen, werd in 1442 door de Portugezen een aanvang gemaakt. Deze Afrikanen werden naar Portugal gebracht.

Wanneer werden de eerste Afrikanen overgebracht naar de Amerika’s en wanneer voor het laatst?

De eerste Afrikanen kwamen in 1519 in de Verenigde Staten aan. In 1867 kwam het laatste schip met slaafgemaakten uit Afrika.

Om hoeveel tot slaafgemaakte personen ging het precies?

Over de precieze aantallen Afrikanen die gedwongen naar de Amerika’s werden vervoerd, worden er nog altijd discussies gevoerd. De meest exacte berekeningen noemen aantallen tussen de 11 en 13 miljoen personen. Maar er zijn schattingen die de 20 miljoen overschrijden.

Voor hoeveel tot slaafgemaakte personen heeft Nederland gezorgd?

Het aandeel van de Nederlandse betrokkenheid bij de slavenhandel wordt geschat op plusminus 500.000 personen.

Verzet op land

Eenmaal aan land hield het verzet aan. Het passief verzet kon onder andere de vorm aannemen van, het saboteren van de werkzaamheden door langzaamaan acties, ziekte veinzen, zich dom voordoen. Het actief verzet was onder andere zelfmoord door bijvoorbeeld zand eten, sabotage van de productiemiddelen, vergiftiging van vee, planters of loyale slaven.

Suriname

In Suriname waren de belangrijkste en meest succesvolle vormen van verzet vlucht en marronage. Het laatste hield in dat de ontsnapte slaven op gezette tijden naar de suikerplantages terugkeerden om zich te wreken, te plunderen of familie of vrienden van slavernij te bevrijden. Het resultaat van deze acties was aanhoudende marronoorlogen en het ontstaan van relatief grote marrongemeenschappen in de binnenlanden van Suriname die na vredesovereenkomsten (1760, 1762 en 1768), honderd jaar voor de afschaffing van de slavernij, in vrijheid leefden.

Doel van verzet

Het belangrijkste doel van het verzet was zichzelf en anderen bevrijden van slavernij. Dit doel kon bij succes uitmonden tot het streven naar totale vernietiging van de plantage kolonie en de institutionele slavernij.

Abolitie, vrijmaking & emancipatie

De opheffing van de slavernij wordt doorgaans aangeduid met de begrippen abolitie (opheffing) en emancipatie. Toch dekken deze twee begrippen (abolitie en emancipatie) elkaar niet volledig. Het eerste (abolitie) is een historische gebeurtenis: de tot slaaf gemaakten verkregen hun vrijheid. Het tweede duidt meer op een proces in plaats van op een bepaald moment in de geschiedenis.

Het heeft heel lang geduurd voordat er een eind gemaakt werd aan de slavernij. Nog maar tweehonderd jaar geleden, zag de wereld er voor de meeste mensen totaal anders uit dan nu. Aan het einde van de achttiende eeuw leefde meer dan driekwart van de mensheid in een of andere vorm van slavernij of horigheid.

De beweging om slavernij die uitgroeide tot opheffing van slavernij ontstond in Engeland. De Britse abolitionisten waren geschokt door alles wat zij te weten kwamen over de transatlantische slavernij en slavenhandel. Vijftig jaar lang zijn de activisten in Engeland aan het werk geweest om de slavernij in het Britse Rijk af te schaffen.

In 1848 werd de slavernij in de Franse koloniën afgeschaft.

De slavernij in de Nederlandse koloniën (Suriname en de Nederlandse Antillen) werd pas in 1863 afgeschaft.

Afschaffing van de slavernij

  1. 1804 – in Haïti
  2. 1814 – afschaffing slavenhandel door Nederland
  3. 1834-1838 – Britse Rijk
  4. 1848 – Franse en Deense koloniën.
  5. 1863 – Emancipatie verklaring door president Lincoln (VS)
  6. 1863 – door Nederland
  7. 1865 – de Verenigde Staten van Amerika
  8. 1873 – Puerto Rico
  9. 1886 – Cuba
  10. 1888 – Brazilië

De afschaffing van de slavernij kan niet geheel op het conto van de Britse abolitionisten worden geschreven. De tot slaaf gemaakten hebben vanaf het begin ook weerstand geboden tegen het slavensysteem en via opstanden gestreden voor hun vrijheid..

De belangrijkste slavenopstand was die in Haïti. De Haitiaanse revolutie vormde een keerpunt in de geschiedenis. Ze toonde zwarten dat hun bevrijding uit slavernij mogelijk was.

Erfenis

Wat het begrip erfenis precies inhoudt is lastig te omschrijven, omdat iedereen op zijn of haar manier drager is van die erfenis. Het begrip erfenis omvat twee componenten. Allereerst verwijst het naar het verleden en heeft het betrekking op het heden. Er is dus sprake van een zekere continuïteit. Met het verleden bedoelen we het slavernijverleden en met continuïteit de hedendaagse uitingsvormen die direct gerelateerd zijn aan het slavernijverleden.